maandag 2 november 2009

Van Patuxent (Solomons) tot Piankatank River

 Chesapeake Bay


Het log leest 50.8 mijl en we liggen voor anker in Reedville op de Wicomico River. Niet slecht voor een druilerige dag die begon met problemen: ankertouw vast in de lier, met geen middel los te krijgen. Loodzwaar anker dan maar met spierkracht naar boven - uitgeput aan de dagtocht begonnen, maar een uur later alweer vergeten, want alle aandacht nodig voor de navigatie in onbekende wateren.

Aan Point No Point  (sic!) varen we de mijlenbrede monding van de Potomac voorbij en steken enkele uren later de state line over. Bye Bye Maryland, we zijn in Virginia, één staat zuidelijker.

 
Smith Point Lighthouse

Voorbij Smith Point met de typische  Chesapeake vuurtoren komen we bijna in de oesternetten terecht die plotseling opduiken en op geen enkele kaart staan. Het is een overblijfsel van wat ooit een bloeiende industrie was maar nu op sterven na dood. De oesters zijn nagenoeg uit de baai verdwenen en met de beroemde Maryland crab is het al niet veel beter gesteld. De baai is grondig vervuild en ondanks jarenlange pogingen om het tij te keren gaat het met de gezondheid van de Chesapeake achteruit.

Henry Plummer zeilde in 1912 met zijn tienerzoon en Scotty de kat in Mascot. een 24-voet zeilbootje van Massachusets tot Florida. Zijn grappige verslag The Boy, Me and The Cat is verplichte lectuur voor l wie de ICW ((Intracoastal Waterway) opvaart. Maar de tijden zijn veranderd: Mascot had een kolenkacheltje aan boord en om in hun levensonderhoud te voorzien schoten de  Plummers eenden en watervolgels uit de lucht en ze plukten oesters bij de vleet. De oesterbedden strekten zich in die tijd mijlenver uit en Harry junior deed zijn beklag over de eentonigheid van het menu: oesters voor ontbijt lunch en avondeten!


De geur van visfabrieken walmt over de boot als we Reedville binnenvaren. Je ruikt het: dit is één van de weinige plaatsen waar de visnijverheid heeft standgehouden. Maar ook hier overal ruines en wrakken van industriële visserschepen.


Dinsdag 3 nov Tangier Island 



We steken de baai weer over voor een ommetje naar Tangier Island: 600 inwoners en eens zoveel katten. Tangier was generaties lang zo geïsoleerd dat er zich een eigen dialect ontwikkelde. Nu staat het eiland open voor toeristen, er is een landingsstrip en natuurlijk ook internet.




Parks' Marina is de enige plek waar je veilig kunt aanmeren schrijft Skipper Bob in zijn jaarlijkse gids voor de ICW. Milton Parks, de tachtigjarige eigenaar van de zaak komt aangesloft om de lijnen aan te nemen en nodigt ons meteen uit voor een toer door het eiland. Maar we moeten een uur of zo wachten op laag water: het is springtij en de straten staan blank. Verschillende huizen staan een meter of dieper in het water. De laatste jaren gebeurt het meer en meer dat het tij laaggelegen delen van het eiland onder water zet vertelt Milton, die een half leven als waterman achter de rug heeft.

 
 






We trekken onze laarzen aan en gaan toch maar alleen op stap, maar dat is buiten Milton gerekend die er vanuit schijnt te gaan dat je Tangier alleen maar fatsoenlijk kunt leren kennen met de golfkar:  het vervoermiddel bij utstek van het eiland. Vóór elk huis staat er minstens één geparkeerd en de verkeersdrukte in de smalle straatjes moet in niets onderdoen voor de grote stad.




Voor de Amerikanen heeft Tangier een bijzondere historische betekenis. In de Brits-Amerikaanse oorlog van 1812 gebruikten de Britten het eiland als uitvalsbasis voor moordende raids op de Chesapeake Bay. Eén daarvan - de beschieting van Ford Henry in Baltimore inspireerde de dichter van het Star Spangled Banner. Als de Amerikanen uit volle borst hun nationale hymne zingen beseffen de meesten waarschijnlijk niet dat Oh Star spangled Banner... getoonzet is op de noten  van een tamelijk scabreus Engels drinkemanslied.


De watermen van Tangier varen uit

Na Tangier gaat het weer naar de Westelijke oever,  naar de Piankatank River, eén van de vele rivieren die de Chesapeake een honderden kilometers lange kustlijn bezorgen. Voor anker in Jackson Creek, daarna: laatste etape op de Baai, naar Norfolk en Mile Zero van de ICW.
 

3 opmerkingen:

  1. Boeiend ! Kan er ook een kaartje bij met de te volgen route ?
    Hou zee, Johan.
    Jan Becaus

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat in mei 2007 nog toekomstmuziek was is nu werkelijkheid geworden. Goede vaart toegewenst en ik zal met alle plezier de tocht volgen. Groeten.
    Pol De Frene

    BeantwoordenVerwijderen
  3. dag johan. van bij de start bijna verstrikt in de netten van een ooit groots oesterverhaal. Het herinnert mij aan het boek van mark kurlansky over de stadsgeschiedenis van new york.
    ik mis je eindbestemming of waar gaat deze reis naartoe. latijns-amerika? maak me wijzer.
    succes gewenst. herman laitem

    BeantwoordenVerwijderen